“England anders” nr. 100 is de laatste in de huidige reeks. We komen zeker nog terug met “specials” rond Groot Brittannië hoor en ook met een verdere kijk op de evenementen rond 100 jaar Wereldoorlog Eén.

Afsluiten doen we met een tweedelig verslag over Manchester. Bij je touroperator vind je citytrips bij de vleet naar alle mogelijke steden. Manchester vind je er echter niet bij. Op twee dagen probeerde ik Manchester te ontdekken, te begrijpen en op de kaart te zetten. Ik kreeg zeer gewaardeerde hulp van een gids van “visitmanchester”, die me een enorme schat aan informatie bracht.

Manchester als stad, ontstond uit de industriële revolutie (katoen). Toen veel industrie ophield te bestaan, kwam ook hier een donkere periode aan. Verval voor de kanalen, de pakhuizen en de fabrieken. Postindustriële recessie en een erfenis van Duitse bombardementen in Wereldoorlog Twee gaven de stad een somber beeld. Heropstanding zou er toch komen in deze fiere noordelijke stad met een zeer andere mentaliteit dan Londen. Er was echter een andere tragedie voor nodig. De zware bom die de Ierse terroristen van het IRA in 1996 lieten ontploffen in het hart van de stad was zo verwoestend dat men tot heel grote plannen moest komen om de binnenstad weer leefbaar te maken. Het heel oude winkelcentrum werd aangepakt en door de toekenning voor het houden van “The Commonwealth Games” in 2002, kon men een ambitieus plan tot renovatie en herstelling starten. Er werd gekozen voor een combinatie van oud en nieuw en men wou ook zoveel mogelijk de geschiedenis en het industriële erfgoed behouden. Heel wat oude katoenfabrieken zijn nu omgevormd tot grote complexen met winkels, kantoren en appartementen met behoud van de originele façades. Ook oubollige musea en bezienswaardigheden werden volledig gerenoveerd en klaargestoomd voor het moderne tijdperk. Ondertussen creëerde men ook nieuwe attracties. Dit alles zou ik nu ontdekken.

Ik maakte gebruik van de nieuwe luchtlijn die sinds oktober 2012 de luchthaven van Deurne tweemaal per dag verbindt met de luchthaven van Manchester. BMI Regional zorgt voor een prima ontspannen vlucht van ongeveer 1u15. De service aan boord is excellent en brengt echt de dagen van nostalgisch luchtverkeer terug. Manchester International heeft 9 keer per uur een rechtstreekse treinverbinding met het centrum van Manchester (prijs 4£ per rit). Na 15 minuten kom je aan in Manchester Piccadilly, de poort tot alle bezienswaardigheden. Best stap je van het station naar Piccadilly Gardens (5 minuten). Op dit moderne plein vind je het infocentrum van de toeristische dienst, van maandag tot zaterdag open van 09.30 tot 17.30 uur en op zondag open van 10.30 tot 16.30 uur. Je vindt hier zowel informatie bij de balie als in folders. Er is ook een gratis stadsplan van het centrum voorhanden, een gemakkelijke hulp, vooral omdat een tiental delen of “quarters” van het centrum een eigen kleur kregen. Dit is zeer efficiënt om je bezoek te plannen. Het infocentrum is thuis te raadplegen via www.visitmanchester.com.

Het “Northern Quarter” is een nog jonge creatieve buurt met onafhankelijke kleine winkels, eet- en drankgelegenheden.

Het nabijgelegen Victoria Station heeft een geklasseerd baldakijn in rood gietijzer, waarop de namen staan van tal van bestemmingen uit vervlogen tijden. Belgium is er een van en refereerde blijkbaar naar een aansluiting met de boottrein te Dover. Victoriaans is ook de geprefereerde bouwstijl in Manchester. Wat ontsnapte aan de Duitse bombardementen van WOII vind je overal terug, zij aan zij met moderne constructies. Juist vóór de kathedraal vinden we Chetham’s. Dit is een van de oudste gebouwen in Manchester en er huist nu een van de beroemdste muziekscholen in de wereld. Hier is men nu bezig met een grondige renovatie van zowel de school als de omliggende gebouwen. Wanneer dit klaar is, zal er mogelijkheid zijn om het gebouw en zijn aloude bibliotheek te bezoeken.

Manchester Cathedral staat op een plaats waar al sinds de vroege middeleeuwen een kerk stond. Het merendeel van het huidige gebouw dateert uit de Victoriaanse periode, alhoewel de stijl iedereen doet denken aan Engelse gotiek. De Victoriaanse trekjes vind je alom binnenin. Vraag hier een van de kerkgidsen, die je gratis een rondleiding geeft. Over het grasveld naast de kathedraal kan je niet naast een groot lang glazen gebouw kijken. In dit gebouw “Urbis” huist sinds enkele jaren het National Football Museum. Dit museum kwam over van Preston, waar het bezoekersaantal te laag was. Dus, verhuizing naar Manchester.

Het centrale punt van Manchester is Albert Square met de Town Hall als baken. Taxi’s, die sterk lijken op die van Londen, hebben hier hun standplaats. De Town Hall doet je ook wat denken aan de Ieperse Lakenhal. Voor het stadhuis een enorm standbeeld van Prins Albert, de echtgenoot van Koningin Victoria. Volgens de Mancunians of inwoners van Manchester stond dit beeld er vóór hetzelfde monument in Londen werd onthuld en de Mancunians zijn er trots op.

Niet ver van Albert Square, maar wel in verschillende richtingen, vinden we nog twee interessante kunstmusea.

The John Rylands Library in Deansgate werd gesticht door Enriqueta Rylands ter nagedachtenis van haar man John Rylands, een Victoriaanse katoenmagnaat. Het gebouw, daterende uit 1900 in rode steen, heeft een gotische stijl en doet op het eerste gezicht denken aan een kerk. Het maakt deel uit van de universiteit van Manchester en doet dienst als academische bibliotheek met meer dan 250.000 exemplaren. Het paradepaardje is de grote “Historical Reading Room”. De verlichting, de gekleurde vensters, de leesinhammen en de grote marmeren standbeelden aan iedere zijde van Mr. en Mrs. Rylands geven een overweldigend beeld.

Aan Mosley Street vinden we Manchester Art Gallery. Drie verdiepingen, 21 zalen en 25.000 tentoongestelde stukken, aangevuld met tijdelijke tentoonstellingen. Het zwaartepunt ligt op de eerste verdieping met schilderijen teruggaande naar de 17de eeuw om via Franse en Engelse impressionisten de hedendaagse kunst te bereiken.

Veel aandacht voor de prerafaëlieten zoals Rossetti en Ford Madox Brown, Victoriaanse tijdgenoten.

Ook hier schilderijen van LS Lowry. Bij ons bitter weinig bekend, deze Laurence Stephen Lowry (1887-1976). De artiest, geboren en getogen in Manchester, maakte vooral schilderijen van industriële districten in het noordwesten van Engeland bij het begin van de 20ste eeuw. Hij had een eigen stijl, zowel voor de stadsbeelden als voor de stadsmensen. Zijn leermeester was de redelijk onbekende Franse impressionist Pierre Adolphe Valette (1876-1942), die in 1904 om nog onduidelijke redenen naar Engeland kwam en in Manchester stadsbeelden begon te schilderen. Ook zijn werken vinden we in ‘The Manchester Art Gallery’.

De mensen die op Lowry’s schilderijen voorkomen, werden “matchstick of matchstalk men” genoemd, een referentie naar hun vorm als luciferstokjes. Misschien kennen sommigen nog het lied uit 1977 “Matchstalk Men and Matchstalk Cats and Dogs” door het muzikale duo Brian en Michael. Dit liedje was een huldeblijk aan LS Lowry een jaar na zijn dood. Het werd een hit in Groot-Brittannië en zit ook in de categorie van de ‘One-Hit Wonders’. Kijk maar eens op You Tube en bij een der filmpjes krijg je de schilderijen van Lowry erbij!

DSCN0619DSCN0630DSCN0674

“Part 2 see next ‘t Periodiekske” – deel 2 in het volgende ’t Periodiekske