Interview Guga over eerste studio-album Ongehoord

 

We kennen Radio Guga, de band rond maestroloog Guga Baul, als een coverband van formaat. Maar met “Studio Guga” pakt de groep uit met een heel bijzonder nieuw verhaal, een eerste studioplaat.

Hierop staan allemaal gloednieuwe nummers, geschreven en gezongen door Guga, maar toch lijkt het alsof ze van de geïmiteerde artiest zelf zijn. Zowel qua stem als muziek. Vandaar ook de titel ‘ONGEHOORD’, want zelfs de “originals” hebben hun nummer nog nooit gehoord. En zomaar in de muzikale krochten duiken van een bekende muzikant, dat hoor je eigenlijk niet te doen. Tenzij je Guga Baul heet.

Guga Baul had al een tijdje het gevoel dat hij zijn eigen nummers moest schrijven, de afgelopen jaren zijn snel gegaan voor hem. Hij vond de vrouw van zijn leven, verbouwde er een huis mee en maakte twee zonen, Gaston en Maurice. Het was veel op korte tijd, in combinatie met televisiewerk en Radio Guga, waardoor Guga het gevoel had dat hij er niet voldoende van genoot. Naarmate de rust terugkeerde, borrelde de inspiratie op. Duidelijke voorbeelden hiervan zijn ‘Groei’ (à la Kommil Foo) en ‘In Balans’ (à la Bart Peeters).

Voor het tot stand komen van de nummers kon Guga rekenen op de steun van zijn bandleden. Zij speelden al vaak met de “originals” en vulden tijdens de schrijfsessies zijn teksten en melodieën aan met nieuwe ideeën. Drummer en orkestleider Joost Van den Broeck nam de rol van co-producer op zich en smeedde het opgenomen materiaal tot eerste demoversies. Met deze demo’s trok Joost naar producer en muziekfenomeen Jean Blaute. Ondertussen uitgegroeid tot de “vijfde Beatle” van Studio Guga. Hij was meteen enthousiast om de plaat te producen.

Jean:” Toen ik de eerste demo’s hoorde, was ik compleet omver geblazen. Ik dacht: Die Guga heeft geen gave, maar een afwijking! De manier waarop hij zo in het vel kruipt van elke artiest, dat was… gewoon akelig. Ik wist meteen, dit project mag niet naar iemand anders gaan!”

Het is 23 oktober en een zaligmakende herfstzon breekt door de bomen van de Dageraadplaats in Antwerpen. Op het verlaten basketbalpleintje horen we in de verte reeds de innemende Guga stem die al een eerste interview weggeeft op het buitenterras van café Aan het strand van Oostende. Het Frontview team moest dus niet zoeken naar de plaats van afspraak. We treffen een ontspannen en genietende Guga aan, die met enthoesiasme vertelt over zijn met zorg gemaakte huiswerk, het debuutalbum ‘Ongehoord’. Drukte alom ten huize Guga, want vrouw Tine Embrechts is dezer dagen ambassadrice van De Grote Schijn in het Rivierenhof.

 

Het eerste dat opvalt, een dubbelzinnige albumtitel ‘Ongehoord’.

“Eerst was er het idee om een songtitel te gebruiken, bijvoorbeeld ‘In Balans’, wat uiteindelijk ook wel de lading zou dekken, om in balans te zijn of net niet. Het management kwam dan met het idee van ‘Ongehoord’. De nummers zijn nog niet gehoord, het lijkt er wel op en het is ook ongehoord om mensen na te doen en hun stijl na te apen. Alleen is het moeilijk om als West-Vlaming de titel uit te spreken.” (lacht)

 

U hebt de nummers zelf geschreven, zit er een rode draad in qua aanpak? Er zit zowel emotie als humor in, naast de karakters die u respectvol neerzet.

“Naaste het timbre, inhoudelijk zoeken naar de stijl en de woordenschat die klopt bij die persoon. Bart Peeters gebruikt in zijn woordenschat kaleidoscopisch, en dat zie ik Willem Vermandere niet doen.

De mix van emotie en humor hangt af van imitatie tot imitatie. Bij Johan Verminnen zit er wat meer humor in. Als ik naar zijn nummers luister, hoor ik foute klemtonen. Het is logisch dat je daarin dan overdrijft en er wat meer foute klemtonen insteekt. De moeilijkheid is om niet in een parodie te vervallen. Als Tom Boonen in de Klimaatsong zegt: ‘Ook al zennek van de Kempen, de zee komt steeds dichterbij’, dan is dat grappig omdat Tom Boonen dit zegt. Daarnaast is er wel de waarschuwende boodschap van als we niet opletten, komt de zee tot aan de Kempen en worden we overspoeld. De humor ontstaat sowieso door die imitaties. Als ik Jan Peumans iets laat zeggen over een glas water, dan wordt dat grappiger dan dat ik het als mezelf zou zeggen. Ik ga niet altijd bewust op zoek naar humor, maar die humor ontstaat soms.

De klimaatsong is beschikbaar in 2 versies, met of zonder Jan Peumans, hij heeft commentaar op alles. Je kan zelf kiezen welke je het beste vindt.”

 

Welk nummer(s) vindt u het meest geslaagd?

“Tekstueel vind ik De Filosoof (Boudewijn de Groot) vrij goed en ‘Groei’ (Kommil Foo) omwille van de boodschap. En bij ‘Held’ (Stef Bos) breng ik een ode aan de held en de anti-held die mijn vader wel is. Hier ben ik blij met eerder de boodschap die ik geef, dan puur tekstueel. Het ene nummer is gevoeliger dan het andere. ‘Geirn’ (Het Zesde Metaal), ‘Groei’ en ‘Held’ zijn voor mij kwetsbare nummers, waarbij ik met mijn hart het meest opensta.”

 

Hoe kruipt u in het vel van een artiest zowel mentaal als fysiek? Je roept als het ware stemmen op.

“Oproepen is gewoon de naam van de artiest zeggen. Als ik Sergio Herman zeg, zijn alle andere kleuren weg. Als je de zon ziet, zie je de maan niet. Al de rest wordt dan verdrongen, en kies ik uit dat bepaald register. Wat past er allemaal het best bij Sergio Herman?   West-Vlaams, Zeeuws, sappige taal. Op één of andere manier kan ik die alles laten zeggen binnen zijn register. Als ik die naam roep, zie ik die persoon en word ik die persoon.

Live zing ik bijvoorbeeld Raymond met mijn kaak naar voren, ik moet hem fysiek ook wel worden.”

 

Hoe kwam u tot een keuze van nummers voor dit album?

“Oorspronkelijk hadden we meer nummers voorradig, dan dat er op het album staan. Als ik een idee in mijn achterhoofd heb, schrijf ik het uit en bekijk ik of ik er al dan niet iets mee doe. Het nummer moet ook in het geheel van het album passen. Sommige arrangementen zijn voor mij snel duidelijk. Bij ‘In Balans’ van Bart Peeters voelde ik onmiddellijk aan, er moeten violen en een Russisch kozakkenkoor aan toegevoegd worden. Bij een nummer van Will Tura was het niet meteen duidelijk en dan schrappen we zo’n nummer.”

 

Zijn er ook nummers waarbij u aanvoelt, dit lukt niet?

“Ja, zo probeerde ik een nummer van Yevgueni en ik voelde aan, dit is te hoog. Het nummer kwam niet in aanmerking voor het album. In principe kan ik wel een nummer doen van Yevgueni, maar het moet een nummer zijn dat past. Bij Clouseau moet ik ook niet hels in de hoogte gaan zingen, want dat ligt niet binnen mijn stembereik.”

 

Het is helemaal geen parodie, dus u gaat een andere richting uit.

“Ja, en eigenlijk heb ik geen exact voorbeeld, wel een inspiratiebron, ik moet me inbeelden hoe die artiest dat zou zingen.

Laat mij enkele keren een nummer horen van een Koreaanse artiest, en ik zal dat nummer wel kunnen oproepen, want je hebt een voorbeeld. (Guga begint een Koreaans nummer te zingen) Moest ik van die Koreaanse artiest een nieuw nummer moeten maken, dat erop trekt en dat toch geen plagiaat is, dan zou ik het ook niet weten.”

U bent de artiesten gaan bezoeken om te peilen naar hun eerste reacties.

“Dat was tof, ik ben blij dat ik dat gedaan heb, met heel positieve reacties. Het idee van ‘Winnaar’ (Clouseau) is ontstaan in een vriendengroepje zaalvoetbal met Tom Waes. We gingen naar Barcelona, samen met Tim Van Aelst. Er gebeurde allerlei dingen en we hadden zoiets van ….het is weer Tom Waes hé, die mag dat, de mensen accepteren dat. We begonnen dit wat in het belachelijke te trekken. (Guga zingt op zijn Clouseaus ‘Het is wel Tom Waes’). En ik dacht, verdorie, er zit daar wel een nummer in! Het zou wel tof zijn moest dit gezongen worden à la Koen Wauters. De inspiratie kwam tot bij mij, iedereen zat ermee te lachen, maar ik zei ‘ik ga er een nummer van maken’. Nu vragen die van de zaalvoetbalclub royalties omdat het hun idee was!” (lacht)

 

‘Malinka’ van Gorki, de stem van Luc De Vos die terug tot leven komt, bijzonder.

“Zeer speciaal en daarom past dit nummer ook niet in de theatershow. Je kan het niet verklaren, maar dat is een zeer apart gevoel. Ik ben wel tevreden met de positieve reacties. Binnenkort zal het 5 jaar geleden zijn dat Luc overleden is, dan zullen we het nummer releasen. Zijn entourage staat erachter, en dat vind ik het belangrijkst.   Ik vond het noodzakelijk om dit eerst aan zijn vrouw Sandra te vragen (via de manager en Patrick Riguelle) of ik het wel mocht doen. Het is een gevoelig, tragisch nummer als je tussen de lijnen leest.”

 

Het is uw eerste studio-album, hoe verliepen de opnames?

“Ik vond het zeer leerrijk, maar het was een zware periode. Ik heb een kindje van 1 jaar dat niet goed doorslaapt. Ik heb daarom enkele dagen in Brussel overnacht om de songs goed te bestuderen. Het was een nieuwe wereld die voor mij open ging en te zien hoe alles werkt, een Hammond orgel en lapsteel guitar. Jean Blaute die heel dat boeltje leidt en controleert, met de nodige humor, maar toch de nodige serieux bewaart.

Het inzingen van de nummers kon ik niet met hoofdtelefoon op in de studio. Ik heb ze ingezongen zonder hoofdtelefoon en naast Jean. Hij noemde dat de Michael Jackson microfoon, omdat Michael dat blijkbaar ook niet kon. Hij is speciaal zo’n micro gaan kopen voor mij.”

 

Al eens nagedacht om muzikaal werk te brengen , maar dan 100% Guga en met hoofdtelefoon misschien dan?

“Goeie vraag, ja zeker al aan gedacht en misschien lukt het wel met hoofdtelefoon om dan kleine nuances te leggen

 

Zou u uw concept kunnen projecteren naar bijvoorbeeld Hollandse collega zangers, van boven de Moerdijk?

“Er zijn meerdere opties. Het pad is nu gegraven, het kan naar Holland , Frankrijk of Engeland gaan. Ik moet een beetje zoeken wat mij het best ligt. Teksten in het West-Vlaams komen er het gemakkelijkst uit. Ik voel mij zeer op mijn gemak als ik met muziek bezig ben. En zoals het nu is, de combinatie van theatershow, muziek en comedy, vind ik ideaal. Misschien eerst denken aan een vervolg op dit album, ik denk aan Tourist LeMc, Will Tura, Novastar, Helmut Lotti, Milow. De vijver is groot en leuk om in te vissen.”

 

Bent u zelf gefocust op stemmen in het algemeen, bijvoorbeeld ook de niet-bekende Vlaming?

“Altijd en overal. Ik ben receptief voor alles en dat is een beetje mijn probleem, dat je dan snel overprikkeld bent. Terwijl ik aan het babbelen ben, hoor ik her en der mensen babbelen. Het is ook leuk hé, van aannemer tot gordijnontwerper, voetbaltrainer, Tinne haar ouders, haar broer. Ze zijn allemaal de revue gepasseerd.”

Voorbije week deden we in de auto een luisterquiz op doorreis door de UK, één stem op het album hebben we niet herkend.

“Vermoedelijk die van Vincent Kompany, omdat niemand weet hoe die zingt.”

 

Hoe hebt u de uitzending ‘Wat een jaar 2000 ‘ op VTM beleefd? Ze hebben je een mooi retrokapsel aangemeten, inclusief middenstreep.

“Viel zeer goed mee, gewoon meedoen hé, de mensen verwachten een show. Soms doe ik zo’n dingen tussendoor, gemakkelijk, gewoon u even smijten.

Onlangs werd ook ‘Groeten uit 1987’ opgenomen met ons gezin, zonder de kleinste, het moet nog worden uitgezonden. Tinne was toen 12 jaar. In dat jaar kwam de film Hector uit van Urbanus, waar ik fan van ben.”

 

Even naar het actuele nieuws van 22 oktober, FC De Kampioenen is terug met een nieuwe serie. Wat vindt u daarvan? U maakte ooit een thesis over deze kampioenenploeg.

“Vele sms-en gekregen met ‘En en en…..?’ Ondertussen zijn er heel wat jaren gepasseerd en ben ik wel benieuwd. De acteurs zijn ondertussen ook al een jaartje ouder, sommigen zijn zeventigers. Dat gaat marcheren, zelfs los van de kwaliteiten van de serie. Bestaat het originele huis in Emblem trouwens nog?”

 

Ondertussen een golfclub met een cafetaria geworden. Alleen het kerkje, als filmlocatie voor huwelijken, bestaat nog.

U hebt nu geruime tijd met Jean Blaute samengewerkt, ook een stem die jou ligt?

(Guga begint vlotjes te praten als Jean Blaute met typische nasale klanken)

Hoe ver staat het met de theatershow?

“Momenteel zijn we try-outs aan het doen, de première is in november. Ca marche, het is leuk!”

Tekst: Peter Minnebo.

 

Alle info: http://www.gugabaul.be/