Gent, een stad van alle tijden

 

Het lijkt erop dat het telkens 24 jaar later is als het voor mij gaat over een bezoek of verblijf in Gent. 48 jaar geleden verbleef ik er een hele periode in de Leopoldkazerne, juist over het Citadelpark en op een boogscheut van het SMAK. De Leopoldkazerne, opgetrokken in eclectische stijl, dateert uit 1890-1905 en na de Tweede Wereldoorlog was het de draaischijf voor de medische component van Defensie. De Koninklijke School voor de Medische Dienst zorgde hier voor de opleiding van reserveofficieren, reserveonderofficieren en brancardiers. Na de herbestemming van de medische dienst in Neder-Over-Heembeek kreeg dit 2 ha-domein een andere invulling. Het Provinciehuis van Oost-Vlaanderen zal hier komen, te midden van woongelegenheden, appartementen en zelfs een hotel. Het project zit nog in een beginfase en men zoekt ook nog uit hoe zoveel mogelijk van de authenticiteit kan behouden blijven.

Vierentwintig jaar later zag Gent mij terug toen mijn dochter hier 5 jaar studeerde aan de universiteit. Sint-Pietersplein, Blandijnberg en Coupure rechts en links werden toen nieuwe begrippen.

Er gingen weer 24 jaar voorbij. Een goede vriend moest samen met mij een bekende schrijver in Gent interviewen. Waarom er geen tweedaagse van maken? Trouwens mijn vriend en collega had ook 10 jaar na mij zijn opleiding gehad in de Leopoldkazerne en wou dit gebouw nog eens graag terugzien. De Dienst Toerisme Gent hielp ons vlot en we vonden een onderkomen in Hotel Ibis Centrum St.-Baafskathedraal, op een steenworp van de meeste bezienswaardigheden.

Eerst op onze lijst stond het Belfort. De belforten in Vlaanderen en Noord-Frankrijk waren de ultieme toonbeelden van macht en vrijheid en dus ook van de stedelijke welvaart. Het was de alarminstallatie van de middeleeuwse stad. De bemanning bestond uit torenwachters en klokkenluiders. De klokkenluiders luidden het uur en de werkklokken. Het Gentse Belfort is UNESCO Werelderfgoed en draagt trots de stormklok. Het is gebouwd met grijze kalksteen die per boot uit Doornik werd aangeleverd. De bouw begon in 1313, maar duurde tot 1380. Je kan tot boven gaan, deels met de lift. Boven heb je een prachtig uitzicht op de binnenstad. Op de top prijkt de ‘Draak van Gent’, een waar stadssymbool met verschillende verhalen. Graaf Boudewijn IX zou de eerste in de 13de eeuw meegebracht hebben uit Constantinopel, maar volgens stadsrekeningen zou hij gewoon in Gent gemaakt zijn. Het fabeldier was de beschermer van de stad en de stedelijke privileges. In de 16de eeuw werd er met brandende pektonnen de illusie gegeven dat de draak vuurspuwde. In 2018 tijdens de Gentse Feesten heeft men dit herhaald. Sinds 1980 is de draak vervaardigd uit roestvrij staal en weegt hij 400 kg. Bekijk zeker het mechanisme van de speeltrommel voor de beiaardklokken, vergelijkbaar met een muziekdoos. De eerste trommel in Gent was van hout, had een vast muziekpatroon en dateerde uit 1377. Vanaf de 15de eeuw werkte men met een ijzeren exemplaar. De huidige koperen trommel dateert uit de 17de eeuw. Voor de 40 klokken heeft men met de hand 17.600 gaatjes gevijld in de trommel. De beiaardier past om de twee jaar het repertoire aan.

Wie Gent zegt, zegt: ‘Het Lam Gods’. Ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het bezoekerscentrum van de Sint-Baafskathedraal heeft in de crypte de ideale manier om de bewogen geschiedenis van het meesterwerk te beleven. In november kwam er een nieuwere versie van de tour met de AR-bril. Augmented Reality gaat nog een stap verder dan VR en laat je op spectaculaire wijze in het verleden reizen. We gaan naar Gent anno 1430, leven mee in het atelier van Van Eyck zelf, krijgen inzicht in de meer dan 100 personages op de 20 panelen en volgen de geschiedenis van het Lam Gods tot nu. Hoogtepunt is daarna (zonder AR!) het werk zelf!

Ben je hier toch in de buurt, ga ook even binnen in de St.-Niklaaskerk, een parel uit de 12de eeuw. Het Gravensteen zelf vonden we aan de buitenkant beter dan aan de binnenzijde, maar dit werd geweldig gecompenseerd door een bezoek en etentje aan de overzijde bij ‘Il Castello’, een authentieke Italiaan, die we 24 jaar geleden ook dikwijls bezochten. Nog altijd top!

Vermits we allebei medisch geschoold zijn, bezochten we ook het ‘Dr. Guislain Museum’, de oudste psychiatrische instelling in België. De gebouwen zijn nostalgisch mooi, terugdenkende aan AZ Stuyvenberg Antwerpen of het oude Militaire Hospitaal Kroonlaan Brussel. Over de geschiedenis van de psychiatrie kwamen we bitter weinig te weten. Hopelijk komt hierin verandering! Volgens ingewijden zou er nog behoorlijk wat materiaal aanwezig zijn. Het museum ligt wat uit de stad, maar omdat er een tramstaking was toen wij er waren, maakten we gewoon een wandeling van een halfuurtje. We zagen nog leuke dingetjes onderweg.

We kwamen met de trein naar Gent (via Dampoort) en deden een beroep op de CityCard Gent. Je koopt ze voor 48 of 72 uur. Ze geeft toegang tot de meeste musea, het openbaar vervoer en je kan er zelfs nog een fiets mee huren.

Nu nog eens 24 jaar wachten is geen optie door mijn leeftijd en ook … een boottocht zat er in een koude novembermaand niet in.

www.visitgent.be

Tekst en foto’s: A. Charrin