Vandaag zitten we nog op de D23, niet ver van Villers Bretonneux en starten we onze trip in Corbie. We passeren het pittoreske stadhuis, dat meer gelijkt op een sprookjesachtig Eftelinggebouw en komen bij het Communal Cemetery met Extension. Juist boven, bij de trappen, ligt apart een VC: Major W. La Touche Congreve. Billy, zoals hij genoemd werd, was de zoon van een Lt. General die aan het hoofd stond van een ‘Somme Divisie’. De opmerking van de familie op zijn zerk geeft aan dat zijn vrouw zwanger was toen hij stierf. Tussen de meer dan 1.000 andere zerken ook een uit 1946 van een burger die werkte voor de CWGC en volgens ingewijden daar wou begraven worden.

Niet ver van Corbie ligt mooi in de vallei Heilly ‘Station CWGC’. Hier waren veel CCS ( casualty clearing stations) bij de spoorbaan waar ambulancetreinen arriveerden. Er kwamen zoveel slachtoffers binnen, dat men, ongewoon naar Britse normen, soms 2 of 3 mannen samen legde. Soms was er geen plaats op de zerk om de regimental badges te plaatsen. Daarom maakte men een colonnade met 117 badges van regimenten erop in de vorm van een klein stationsgebouwtje.

Verder op de D1 komen we bij Dive Copse CWGC en Beacon CWGC. Dive Copse is genoemd naar de medisch officier die aan het hoofd stond van de medische eenheid aldaar. Een aalmoezenier van het Ierse Leinster regiment is hier begraven. Via een zijweg komen we dicht bij de Somme aan in Chipilly met zijn Communal Cemetery en Extension. In dit kleine kerkhof is er een Rifleman begraven, waarvan de reden in het register is vermeld als “verdronken tijdens zwemmen in de Somme”.

Zeven km verder ligt Bray. Hier vinden we een hele groep kerkhoven, waaronder een Frans. Bray Vale CWGC is, met zo’n 300 graven, mooi op twee niveaus uitgebouwd. Zo ligt er ondermeer een “Drummer” van een Lancashire regiment. Op Bray Military Cemetery vinden we 8 graven van “Egyptian labourers”, Egyptische werklui, wat zeer ongewoon is, want meestal werd het “Labour Force” bevolkt door Chinezen. Zeer rustig is ook Grove Town CWGC, enkele km van de hoofdweg. Hier vinden we ongeveer 1.402 slachtoffers.

Richting Peronne kwamen we nog Herbecourt CWGC tegen. Op dit kleine kerkhof vonden we tussen de 59 slachtoffers, naast elkaar, Private F. RYAN en Private A. J. RYAN van het Austalian Imperial Force. Of het broers waren, konden we niet ontdekken in het register.

Via Cappy keerden we terug richting Villers Bretonneux. In Cappy is er een prachtig monument van een Franse soldaat, gekleed in het helblauwe “Poilu” uniform.

Heath CWGC is gelegen aan de drukke N1029. Het is te merken aan de zerken die er grijzer uitzien door de inwerking van het verkeer. Heath, genoemd naar de toenmalige heidegrond, is gebouwd door Sir Reginald Blomfield, een der drie CWGC architecten. De overdekte gaanderij is in pagodestijl omgeven door een bomenhaag. Tussen de 1.862 zerken vinden we twee VC ’s. Een van hen was Luitenant Gaby uit Tasmanie die zijn VC verdiende door enorme acties in de frontlinie. Even veder naast de autostrade is er ‘Crucifix corner’, een mooi kerkhof met 660 begravingen, waaronder 141 Fransen en twee Russen. Als luchtigere noot vonden we hier ook een ‘soldaat Bean’ en een ‘J. Bond’.

De retour naar België ging via Doullens. Hier waren veel hospitaalconcentraties, vandaar een Extension 1 & 2. De eerste heeft ongeveer 2.000 graven. We vonden soldaat Guille van het Royal Guernsey regiment (ook een rariteit). Met een graf ertussen liggen hier ook Lt. Donnelly en Lt. Stonehouse. Donnelly stierf op 31.03 1918, de laatste dag in het bestaan van The RFC (Royal Flying Corps) en op 01.04.1918 was Stonehouse de eerste dode van het juist opgerichte RAF (Royal Air Force).

In Extension 2 ligt het graf van S. Olivier. Deze acteur was na 1914 invalide verklaard als gevolg van malaria aan het Turkse front, maar onder een andere naam (King) ging hij bij de Irish Guards. De twee namen staan trouwens op zijn graf.

St. Hilaire in Frevent was ook een CWGC hospitaalconcentratie. Hier ongeveer 55 zerkjes met enkele WWII graven en zelfs iemand van een West-Indisch regiment.

In Ebblighem CWGC en Cinq Rues CWGC keren we terug naar frontliniebegravingen rond Hazebrouck. Hier ook een mooi zicht op de Casselberg.

We eindigen in Nieppe Bois CWGC met 103 graven waarvan 33 WWII, zeer rustig gelegen bij Nieppe bos. Private Harding van de Cameron Highlanders heeft als opschrift twee data: 10.05.1940 en 05.01.1941. Volgens het register zou hij tussen deze 2 data gesneuveld zijn.