In het graafschap Kent, tussen de lijn van de zachte glooiingen van de Kent Downs heuvels en het Kanaal ligt Romney Marsh. Een gebied van ongeveer 100 vierkante mijl met een enorm wisselend karakter. Een zeer verschillend beeld met de omliggende gebieden. Blijkbaar een gebied ver van de beschaving, alhier beschreven in Kent als “bleakness” is haar schoonheid!

In de loop van de eeuwen had de zee een lange bank van kiezel voor de kust opgebouwd en vormde zodanig een drempel voor het door de rivieren meegevoerde slib. Dit slib omsloot eigenlijk uitgestrekte moerassen, die bij vloed door de zee werden overstroomd. Romney Marsh is door drooglegging geschikt gemaakt als cultuurgrond. Al in 1275 was hier een bloeiende schapenteelt van de Romney schapen. Ze worden hier én voor wol én voor vlees gekweekt, ze groeien op in zout smakend grasland, de zogenaamde pre-salé schapen (zoals hun Franse collega’s in bv. de baai van de Somme of aan de Mont St. Michel).

Het gebied bestaat ook uit droge zandvlaktes .Doordat het afgelegen en weinig bevolkt is, vind je er rust en kalmte, maar dat maakte het vroeger tot een paradijs voor smokkelaars. Er is een groot natuurgebied met beschermde vogels in het westen.

Al is het niet dichtbevolkt, toch vind je er een verrassend aantal kerken. Volgens de geschiedenis kwamen die er vooral door monniken uit Canterbury, die ook eigenaar waren van delen van de Marsh en het als hun plicht vonden om samen met lokale handelaars kerken te bouwen.

All Saints in Lydd is de langste kerk in Kent en wordt “The Cathedral van The Marshes genoemd. St Nicholas in New Romney is de enige van 4 die in dit stadje overblijft uit de middeleeuwen. De speciale toren was vroeger een baken voor de scheepvaart en binnenin vindt men een hele kapel gemaakt uit Caen Stone.

Het uiterste punt heet Kaap Dungeness en heeft enorm lange kiezelstranden. Een groot deel is echter privé voor lokale vissers en een grote kerncentrale. Hier is het landschap echt desolaat met enkele verspreide houten vissershuizen en een aftandse pub. Over de eeuwen heen heeft men hier 5 verschillende vuurtorens gebouwd. De vierde in de serie noemt men “the old lighthouse”, is van steen, 45 meter hoog en staat er nog. Daar de kerncentrale de zichtbaarheid van het licht vanaf het zuidwesten beïnvloedde, werd in 1960 de vijfde vuurtoren gebouwd enkele honderden meter verder. Deze heeft een hoogte van 46 meter en zijn lampen bereiken een afstand van 35 km.

DSC_0039DSC_0046DSC_0040

Enkele km verder tussen de kiezel en na een wandeling van een 20-tal minuutjes, kom je bij een bezienswaardigheid die ook bij de Engelsen weinig bekend is. Ik hoorde er per toeval over in het BBC-programma Coast. Midden tussen de kiezel en een moeras vind je enkele enorme betonnen spiegels in de vorm van een oor. Men noemt ze “Listening Ears”. Ze werden door een ingenieur gebouwd tussen 1920 en 1930 om vijandelijke vliegtuigen die naderden te detecteren. Ze hadden een draagkracht van 20 mijl. Hun gebruik werd echter nutteloos door de uitvinding van radar bij het begin van de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de uitzending van Coast heeft men de “oren” met een vliegtuig dat over Dover vloog getest en warempel “ze” werkten nog!

DSC_0049DSC_0050

In de zomermaanden en op speciale gelegenheden kan men het gebied doorkruisen met de R. H. & D. R. of Romney, Hythe & Dymchurch Railway. Deze attractie stamt reeds uit 1927 en is een miniatuurspoor op 1/3 van de ware grootte. Je kan starten in Hythe en via verschillende tussenstations kom je in Dungeness. Het spoor is ongeveer 20 km lang en heen en terug doe je er zeker twee en een half uur over.