In een van mijn vorige kronieken in ’t Periodiekske had ik het over verdwenen bezienswaardigheden in Engeland. Een er van was “A day at the Wells”. Een dag in het Georgian England rond 1740 nagebootst. Het verhaal speelt zich af in The Pantiles in het provinciestadje Tunbridge Wells in het graafschap Kent. De tentoonstelling is al lang weg, maar The Pantiles is er nog. Het is het oude commerciële centrum van Tunbridge Wells, van origine een 17de eeuwse winkelwandelstraat. Aan beide zijden vind je mooie huizen, veelal versierd met colonnades. De huizen zijn bijna allemaal opgetrokken in weatherboard, dit is een horizontale withouten gevelbedekking, die de gehele muur bedekt. Je vindt dit veel in Kent en Sussex.

In de hoogdagen van de “Georgian time” was het “the place to be and be seen”. Er was wel een strikt protocol: de adel gebruikte de bovengalerijen, het gewone volk gebruikte de ruimtes tussen de colonnades.

De populaire “coffeehouses” hadden toen een betere reputatie dan hun hedendaagse naamgenoten. Het waren modieuze plaatsen waar mannen, alleen mannen, ’s morgens kranten lazen, brieven schreven en koffie dronken. De bron werd later bezocht.

Zelfs huwelijken werden geregeld op The Pantiles …

De ontplooiing van stad en Pantiles kwam er nadat een illustere Lord (volledig: Dudley Lord North) in 1606 een bron ontdekte. De bron werd naar haar ijzerconcentratie Chalybeate bron genoemd. Toen de vrouw van koning Charles I het water begon te promoten, was het hek van de dam. De stad groeide rond de bron en toen een befaamde ceremoniemeester uit Bath, de genaamde Richard Beau Nash, er zich mee bemoeide, werd het een polyvalent centrum voor de adel. Het baden in en drinken van het water werden bijzaak en het plezier maken kreeg met dansgelegenheden en speelzalen de bovenhand. Nash introduceerde in feite veel nieuwigheden, gebruiken, maar ook gedragscodes.

In 1700 werd het wandelpad, dat daarvoor erg modderig was, gemoderniseerd met gebakken terracottategels (de echte pantiles). Er wordt gezegd dat de toenmalige prinses Ann (de latere Queen Ann) 100 £ gaf voor de aanleg, nadat haar zoontje in 1698 tijdens het spelen plat op zijn buik in de modder was gevallen. De originele stenen zijn al lang vervangen, een exemplaar hebben we nog gezien in de oude tentoonstelling.

Speciale winkeltjes maken The Pantiles nu nog steeds mooi. Middenin is het toeristeninformatiecentrum in een oud gebouwtje op Old Fish Market gelegen. Verder zijn er restaurantjes en tearooms met terrasjes, een tweedehand boekenwinkel en een enorme cookshop. Ga gewoon eens binnen bij Motrams: zelfs het plafond is ingenomen door kookartikelen.

DSC_0028DSC_0029

Op een balkonnetje zie je nog de plaats waar in 1700 de muzikanten zaten.

De bron kun je nog steeds zien aan de noordzijde van The Pantiles, daar waar het enige overblijvende stuk van het originele badhuis te vinden is. In de zomer vind je er de “dipper” in traditioneel kostuum, die je voor enkele duiten (Engelse pences) een glaasje laat proeven van dit mineraal water met een enorme metaalsmaak. Op internet kan je zelfs de exacte chemische samenstelling van het mengsel vinden.

De volledige naam van de stad is: Royal Tunbrigde Wells Spa. Meerdere steden in Engeland gebruiken dit achtervoegsel om aan te duiden dat ze een bron hebben, maar dat is voor later.